6 August 2021, 12:21
(Dit bericht is het laatst bewerkt op 6 August 2021, 12:28 door Grey240Polar.)
Bedankt voor de feedback, nu heb ik een beter beeld van wat er gebeurt.
Hier heb je een mooi overzicht van wat je bij de ECU op de verschillende pinnen moet meten.
Let even op dat je op de juiste manier meet, hoe staat beschreven in TP31361/1, en die kun je hier vinden. Daarin staan ook een heleboel metingen beschreven om fouten op te sporen.
De koelwatertemperatuursensor (ECT) kun je op twee manieren meten, en het resultaat ervan is uiteraard zeer afhankelijk van de temperatuur van de motor.
Opgewarmd moet op pin 13 t.o.v. massa een waarde van 350 mV gemeten worden welke bij de laatste modeljaren niet stabiel is.
Je kunt ook - met de connector losgenomen van de ECU - weerstandswaarden meten. Zie het tabelletje bij E14 op blz 44 van TP31361/1. Als je nu overdag met een koude motor en 20 graden C omgevingstemperatuur meet zou je dus ergens tussen 2280 en 2720 Ohm moeten zitten. 290-364 Ohm bij opgewarmde motor (80 graden C).
Dat pin 32 ontbreekt klopt, deze modeljaren gebruiken geen aparte koudestartinjector meer.
Voor mij is nu de hoofverdachte die uitgesloten moet worden de stationairklep (IAC).
Meestal zijn de symptomen van een vervuilde IAC een te hoog stationair toerental. Maar ik kan me zomaar voorstellen dat - als het ding niet goed werkt op het overnamepunt tussen stationair en gas geven - je wat ongewenste resultaten kan krijgen. Dat is het punt waarop de TPS klikt en ook het punt dat jij sputteren ervaart.
Ondanks dat het ding IAC heet weet ik a.d.h.v. metingen dat die toch ook tijdens het rijden door de ECU aangestuurd wordt. De IAC kan daarmee dus ook op snelheid invloed hebben, nl. als je gas loslaat en gaat remmen op de motor, dan gaat die de hoeveelheid vacuum reguleren zodat de onderdruk op de carterventilatie niet te hoog wordt.
De IAC is gelukkig makkelijk te verwijderen en te reinigen. Da's m.i. dus je volgende stap. Succes!
Hier heb je een mooi overzicht van wat je bij de ECU op de verschillende pinnen moet meten.
Let even op dat je op de juiste manier meet, hoe staat beschreven in TP31361/1, en die kun je hier vinden. Daarin staan ook een heleboel metingen beschreven om fouten op te sporen.
De koelwatertemperatuursensor (ECT) kun je op twee manieren meten, en het resultaat ervan is uiteraard zeer afhankelijk van de temperatuur van de motor.
Opgewarmd moet op pin 13 t.o.v. massa een waarde van 350 mV gemeten worden welke bij de laatste modeljaren niet stabiel is.
Je kunt ook - met de connector losgenomen van de ECU - weerstandswaarden meten. Zie het tabelletje bij E14 op blz 44 van TP31361/1. Als je nu overdag met een koude motor en 20 graden C omgevingstemperatuur meet zou je dus ergens tussen 2280 en 2720 Ohm moeten zitten. 290-364 Ohm bij opgewarmde motor (80 graden C).
Dat pin 32 ontbreekt klopt, deze modeljaren gebruiken geen aparte koudestartinjector meer.
Voor mij is nu de hoofverdachte die uitgesloten moet worden de stationairklep (IAC).
Meestal zijn de symptomen van een vervuilde IAC een te hoog stationair toerental. Maar ik kan me zomaar voorstellen dat - als het ding niet goed werkt op het overnamepunt tussen stationair en gas geven - je wat ongewenste resultaten kan krijgen. Dat is het punt waarop de TPS klikt en ook het punt dat jij sputteren ervaart.
Ondanks dat het ding IAC heet weet ik a.d.h.v. metingen dat die toch ook tijdens het rijden door de ECU aangestuurd wordt. De IAC kan daarmee dus ook op snelheid invloed hebben, nl. als je gas loslaat en gaat remmen op de motor, dan gaat die de hoeveelheid vacuum reguleren zodat de onderdruk op de carterventilatie niet te hoog wordt.
De IAC is gelukkig makkelijk te verwijderen en te reinigen. Da's m.i. dus je volgende stap. Succes!
1992 240 Polar (245) *Nr. 2* B200F M47